Spree? Ja spree, vreemd woord he.
Lees de hele tekst, dan kom je de betekenis vanzelf wel tegen.
Dit is een vervolg op sproeten, van begin april. Toen was de aanleiding een banaan.
Nu heb ik een bloem met sproeten gevonden. Kijk deze.
Dit is de wilde kievitsbloem.
Tot mijn verrassing zag ik er een paar vlakbij mijn huis. Gewoon naast de stoep tussen het hoge gras.
Je moet goed kijken om ze te ontdekken. Op de grond zijn ze vrij onopvallend maar van dichtbij zo bijzonder.
Trouwens, als je goed kijkt zie dat de sproeten niet echt stippen zijn.
Meer een soort blokjes.
De wetenschappelijke naam is Fritillaria meleagris. Ook mooi he.
Als je wil weten waar die naam vandaan komt moet je dit even lezen.
Met het bewerken van de foto’s sloeg ik weer aardig op hol. Kleuren omdraaien en zo.
By the way, over sproeten gesproken, ik ken daar een verhaal over. Het is geschreven door Annie M.G. Schmidt.
Als je het hebt gelezen hebt snap je de titel van dit stuk.
De mislukte fee
Er was er ’s een moederfee
en had ze kindertjes? Ja, twee
Twee kleine feeënkindertjes
met vleugeltjes als vlindertjes
Ze waren beiden mooi en slank
maar ’t ene kind was lelieblank
zoals de feetjes wezen moeten
en `t andere kind zat vol met sproeten
De moeder was heel erg ontdaan
Ze waste ’t kind met levertraan
met katjesdauw, met tijgermelk
ze doopte ’t in een bloemenkelk
Maar ’t hielp geen steek, o nee, o nee
het was en bleef een sproetenfee
M’n dochter, zei de moeder toen
nu kan ik er niets meer aan doen
je bent als fee – zacht uitgedrukt –
volledig en totaal mislukt
Ga naar de koning Barrebijt
en zeg daar: Uwe majesteit
m’n moeder doet de groeten
ik ben een fee met sproeten
Wellicht neemt koning Barrebijt
je dan in dienst als keukenmeid
Die man heeft altijd wel ideeën
voor min of meer mislukte feeën
Het feetje ging direct op weg
het sliep ’s nachts in de rozenheg
en ’t prevelde de hele tijd:
O sire, uwe majesteit
m’n moeder doet de groeten
ik ben een fee met sproeten
En toen ze aankwam in de stad
stond ze te trillen als een blad
De koning opende de deur
en zei: Gedag, waar komt u veur?
En wit van zenuwachtigheid
zei ’t feetje: Uwe majesteit
m’n moeder doet de groeten
ik ben een spree met foeten
Wel, sprak de koning heel beleefd
Ik zie wel dat u voeten heeft
maar u bent, op mijn oude dag
de eerste spree die ik ooit zag
Toen heeft hij dadelijk gebeld
en ’t hele hof kwam aangesneld
De koning zei: Dit is een spree
iets heel bijzonders. Geef haar thee
en geef haar koek en geef haar ijs
ze blijft hier wonen in ’t paleis
Nu woont het feetje al een tijd
aan ’t hof van koning Barrebijt
En niet als keukenmeid, o nee!
Ze is benoemd tot opperspree
Ze heeft een gouden slaapsalet
en gouden muiltjes voor haar bed
En alle heren aan het hof
die knielen voor haar in het stof
Waaruit een ieder weer kan lezen
dat men als fee mislukt kan wezen
maar heel geslaagd kan zijn als spree
Dit stemt ons dankbaar en tevree