Deze houten saladeschaal is van mijn moeder geweest. Er liggen nu wat troepjes in, te wachten op de keuze tussen opruimen of weggooien.



Daar komt Julius aan en hij springt op de tafel. In de voorgaande vijftien jaar kwam hij NOOIT op de tafel. Het laatste jaar doet hij dat plotseling wel zo nu en dan. Met name als ik aan tafel zit.



Hij wil dan mijn gezelschap en is kennelijk nu hij senior is, vergeten dat de tafel altijd verboden terrein was.
Deze keer loopt hij een paar rondjes om de houten schaal en stapt er dan behoedzaam in.





Nog even de juiste draai vinden en daar ligt hij dan. Blijkt precies te passen.



Ik hou ervan om naar de onverstoorbaarheid te kijken waarmee hij dingen doet en nu ook zomaar in die schaal ligt. Hij kijkt me niet aan maar begint meteen een dutje te doen. Pas als ik met de camera wat dichtbij kom kijkt hij even op – verstoord.



Achter Julius zie je een foto van Anton Corbijn.
Eind jaren 90 had Corbijn een blauwe periode en daaruit stamt dit portret van Johnny Depp die staat te bellen bij zo’n iconische Amerikaanse pay phone.




Overigens, tussen de spullen waar Julius bovenop ligt bevinden zich ook deze zwaaiende handjes. Ja, die bewaar ik natuurlijk wel.