Je mag het gerust een obsessie noemen dat ik nu al een paar weken bezig ben met mozaïeken en patronen.
Het begon ermee dat ik het schilderij met de gekleurde stippen weer onder ogen kreeg. Ik maakte er mozaïeken van.
Nou, daar ben ik dus nog steeds mee bezig.
Het maken van bijvoorbeeld bijna-lente foto’s staat even op een laag pitje. Ik zie het allemaal wel maar kom er niet toe.
Vorig jaar wel.
Een smalle strook
Voorlopig ben ik nog in de ban van het patronen maken.
Zoals deze. Ik sneed één strookje uit het stippenschilderij.
Links het strookje, dan 2 kruiselings en die nog eens verdubbeld.
16 strookjes.
Ik hou niet zo van deze kleurencombinatie dus ik draai ze om.
Groen wordt paars, blauw wordt oranje, geel wordt blauw etc.
Dit bevalt me al beter. Ik maak de achtergrond lichter, dat is in dit geval minder hard.
Zes bij elkaar – het begin van een patroon. Inmiddels zijn dat dus 96 strookjes.
Eens zien hoe dat zal zijn in één kleur.
Groen bijvoorbeeld.
En dit gebeurt er als je ze door elkaar husselt.
Het lijkt wel gedrukt of gestempeld.
Een blauw projectje
Ik knipte een cirkel uit het schilderij.
Dupliceerde het, maakte het een beetje transparant en plaatste het iets gedraaid op nummer 1. Dat herhaalde ik nog een keer.
De derde kopieerde ik 64 keer en zette ze tegen elkaar in een zwart vierkant.
En probeerde verschillende achtergronden uit.
Het patroon hierboven ging ik dupliceren, transparant maken en iets draaien.
En nog een keer. En nog een keer.
Ik knipte uit het midden een vierkant. Dat zie je hier onder.
Ik maakte negen kopieën.
Plaatste ze in een vierkant, voegde wat korreligheid toe en maakte de kleur iets fletser.
Plotseling lijkt het wel een oude tegel.
Vervolgens maakte ik er nog een zonder kleur.