Als ik thuis kom ga ik de bloemen fotograferen die ik net heb geplukt. Ze zijn wat vreemd. De oranje bloemblaadjes ontspruiten uit ruige bolletjes die op een harige steel staan. Het heet Oranje havikskruid en is volgens florakompas te vinden op grazige plekken.
De foto’s bewerk en bewaar ik, misschien kan ik ze nog eens gebruiken.
Daarna open ik de krant en ik schrik. A.L. Snijders is plotseling overleden. Terwijl hij een stukje aan het schrijven was kreeg hij een hartstilstand. Een mooie dood. Ik lees het postuum in de krant en bekijk het portret.
Wat geniet ik van zijn zeer korte verhalen. Bij zijn uitgever AFdH kon je je aanmelden voor de graslijst waardoor je elke zondag een nieuw zkv ontving. Ik maakte er eerder stukjes over: Smaak en Snijders op zondag.
Ik herlees het interview uit 2018 van Fokke Obbema met de schrijver, waarin hij het onder andere heeft over zijn liefde voor het onbenullige. In een ander interview lees ik dat hij gehecht is aan zijn zkv Ukiyo-e. Hij zegt: ‘Het Japanse begrip Ukiyo-e betekent zoiets als het voortvlieden van de werkelijkheid. Jij bent er eventjes in en dan verdwijn je weer. Dat is helemaal wie ik ben.’
Deze schrijver is er nu niet meer en ik zou het er graag over hebben in dit blog. Maar mijn uitgangspunt is immers dat het hier over beeld gaat en dat heb ik niet bij dit onderwerp.
Dan denk ik aan de bloem die ik net heb gefotografeerd en ineens zie ik de link. Kijk maar eens goed naar het hoofd van A.L.Snijders en naar het ruige oranje havikskruid.